Klik op onderstaande link voor het rapport Erfenis van Onrecht
Rapportage Commissie Toeslagen en Uithuisplaatsingen – Erfenis van onrecht
Klik hier voor de bijlagen:
Bijlagen Commissie Toeslagen en Uithuisplaatsingen – Erfenis van onrecht
Klik op onderstaande link voor de kabinetsreactie in pdf vorm:
Hierbij de samenvatting:
Natuurlijk! De pagina die je bewerkt bevat de kabinetsreactie op het rapport Erfenis van Onrecht en andere reflectierapporten over de toeslagenaffaire. Hier zijn de belangrijkste punten in het kort:
📌 Belangrijkste punten uit de kabinetsreactie:
- Erkenning van structureel onrecht
Het kabinet erkent dat de overheid jarenlang structureel onrecht heeft veroorzaakt bij duizenden ouders en kinderen in de toeslagenaffaire. - Reactie op het rapport “Erfenis van Onrecht”
Het rapport van de Commissie-Van Dam wordt serieus genomen. Het kabinet onderschrijft de conclusies dat er sprake was van institutioneel falen, discriminatie en een gebrek aan menselijke maat. - Hersteloperatie en voortgang
Het kabinet geeft een update over de voortgang van de hersteloperatie. Er wordt gewerkt aan snellere en rechtvaardigere compensatie voor gedupeerden, maar erkent ook dat het proces traag en bureaucratisch verloopt. - Kinderen van gedupeerden
Er is specifieke aandacht voor de schade die kinderen van gedupeerde ouders hebben geleden. Het kabinet belooft extra ondersteuning en maatwerk voor deze groep. - Toekomstige waarborgen
Er worden maatregelen aangekondigd om herhaling te voorkomen, zoals betere wetgeving, meer transparantie, en versterking van de rechtspositie van burgers tegenover de overheid. - Samenwerking met maatschappelijke organisaties
Het kabinet wil nauwer samenwerken met maatschappelijke organisaties en ervaringsdeskundigen om het herstelproces te verbeteren. - Reflectie op bestuurscultuur
Er is een oproep tot een nieuwe bestuurscultuur waarin de menselijke maat, openheid en verantwoording centraal staan.
Hieronder de volledige brief.
Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Datum 30 juni 2025
Betreft Kabinetsreactie op het rapport Erfenis van onrecht en
reflectierapporten
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Turfmarkt 147
2511 DP Den Haag
Postbus 20301
2500 EH Den Haag
www.rijksoverheid.nl/jenv
Onze referentie
6486928
Bijlagen
1
Pagina 1 van 19
De commissie Hamer laat in ‘Erfenis van onrecht’ indringend zien dat de
terugvorderingen door de Belastingdienst in veel gezinnen schulden, armoede,
financiële problemen en daaruit voortkomende stress hebben veroorzaakt.
Hierdoor konden ernstige problemen in de gezinssituatie ontstaan of werden de
bestaande problemen vergroot, met een verslechterde leefsituatie voor de
kinderen als gevolg. Door tekortkomingen in het systeem van hulp door
wijkteams, jeugdhulp en jeugdbescherming zijn de oorzaken van deze
problemen in veel gezinnen niet of onvoldoende herkend en niet tijdig
gestabiliseerd. Hierdoor kon een situatie ontstaan waarin uiteindelijk bij een
deel van de gezinnen een uithuisplaatsing volgde.
Over de kinderen die zijn getroffen door de toeslagenaffaire én door een
uithuisplaatsing stelt de commissie Hamer dat zij extra getroffen zijn: eerst door
de onterechte terugvorderingen die tot ernstige problemen in gezinnen hebben
geleid, vervolgens door een uithuisplaatsing nadat de oorzaken van de
problemen onvoldoende zijn herkend en aangepakt. Deze kinderen hebben door
deze stapeling van overheidsingrijpen in hun jonge leven extra leed ervaren. De
commissie schetst een aangrijpend beeld van de ervaringen van deze kinderen
en hoe de stapeling van overheidsingrijpen grote impact op hun leven heeft
gehad, die vaak tot op de dag van vandaag – nu velen inmiddels jongere of
jongvolwassene zijn geworden – voelbaar is.
Het kabinet erkent dat deze jongeren extra leed hebben ondervonden door
toedoen van de overheid en wil gehoor geven aan de oproep van de commissie
Hamer tot zelfstandige erkenning voor deze groep. De precieze vormgeving en
invulling van deze expliciete erkenning wil het kabinet met de betrokken
partners en organisaties én met jongeren zelf uitwerken in een zorgvuldig
proces, zodat zij hierin gezien en gehoord worden en de erkenning voor
jongeren daadwerkelijk betekenis krijgt. Dit proces moet ook de basis bieden
voor het uitspreken van excuses aan de jongeren die door de combinatie van de
toeslagenaffaire en uithuisplaatsingen zo zwaar zijn getroffen, op een goed
moment en op een goede manier.
Het kabinet is het met de commissie Hamer eens dat bij deze erkenning ook
specifieke, toekomstgerichte ondersteuning hoort, in aanvulling op verbetering
van de ondersteuning die er is voor álle kinderen die zijn getroffen door de
toeslagenaffaire.
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Aanleiding
Op 27 maart 2025 hebben wij u het rapport ‘Erfenis van onrecht’ van de
Commissie Toeslagen en Uithuisplaatsingen aangeboden. Deze commissie onder
voorzitterschap van mevrouw Mariëtte Hamer is in 2023 ingesteld door de
toenmalige Minister voor Rechtsbescherming, de Staatssecretaris Financiën –
Toeslagen en Douane en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport. De commissie heeft onderzoek gedaan naar de samenloop van factoren die
speelden bij gedupeerde gezinnen die te maken hebben gehad met een
uithuisplaatsing, de effecten van deze samenloop op het leven van deze gezinnen
en de rol van de overheid en overige betrokken instanties. Met deze brief geven
wij een reactie op de bevindingen en aanbevelingen van de commissie Hamer en
reageren wij ook op het reflectieverslag van Jeugdzorg Nederland
‘Jeugdbescherming als er sprake is van financiële problematiek bij ouders’, de
interne reflectie van de Raad voor de Kinderbescherming ‘Breder kijken dan het
kind’ en het dossieronderzoek van de Rechtspraak ‘De weging van schulden bij
uithuisplaatsingen’.
Bevindingen commissie Hamer en reflectierapporten
Het rapport van de commissie Hamer geeft een indringend beeld van de gevolgen
van de toeslagenaffaire voor de gedupeerde gezinnen die zij heeft gesproken. De
terugvorderingen door de Belastingdienst veroorzaakten in veel gevallen schulden,
armoede, financiële problemen en daaruit voortkomende stress. Hierdoor konden
ernstige problemen in de gezinssituatie ontstaan of werden de bestaande
problemen vergroot, met vaak een verslechterde leefsituatie voor de kinderen als
gevolg.
Door tekortkomingen in het systeem van hulp door wijkteams, jeugdhulp en
jeugdbescherming zijn de oorzaken van deze problemen in veel gezinnen niet of
onvoldoende herkend en niet tijdig gestabiliseerd, aldus de commissie. Als de
hulpverlenende instanties al op de hoogte waren van de financiële problematiek,
was men zich er in veel gevallen onvoldoende van bewust hoe dit doorwerkte in
andere problemen, welke (opvoed)stress dit veroorzaakte en hoe dit problemen in
de opvoedsituatie versterkte. Hierdoor kon een situatie ontstaan waarin
uiteindelijk bij een deel van de gezinnen een uithuisplaatsing volgde. De
bevindingen van de commissie Hamer zijn pijnlijk en zullen de direct betrokken
ouders en kinderen niet verbazen. Zij hebben zelf vaak een jarenlange strijd
moeten voeren, eerst tegen de vorderingen van de Belastingdienst en later ook
tegen kinderbeschermingsmaatregelen.
De commissie Hamer concludeert dat de onterechte terugvorderingen door de
Belastingdienst een grote rol hebben gespeeld bij de problemen van de gezinnen
en daarmee ook bij de uithuisplaatsingen van de kinderen. In het rapport gaat de
commissie met name in op de grote impact op verschillende leefgebieden die dit
heeft gehad bij de kinderen om wie het gaat. Het gaat dan onder andere om
mentale problemen, beperkte talentontwikkeling, beschadigde relaties met andere
gezinsleden en angst voor de overheid en instanties.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 2 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
De ervaringen van de kinderen kunnen ook doorwerken als zij zelf kinderen
krijgen en gaan opvoeden. De uitspraak van één van de door de commissie
gesproken kinderen vat dit op een pijnlijke manier samen: ‘Het is niet over en het
gaat niet weg’.
De bevindingen van de commissie sluiten aan bij de eerdere conclusie van de
Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV). Die constateerde in het rapport ‘Het kind
van de rekening’ (2023) dat in 17 van de 20 onderzochte gezinnen de (financiële)
gevolgen van de toeslagenaffaire een rol speelden in het proces dat leidde tot een
kinderbeschermingsmaatregel.
Bevindingen Rechtspraak, Raad voor de Kinderbescherming en GI’s
De rapporten van de Rechtspraak, de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK) en
de Gecertificeerde Instellingen (GI’s) zijn specifieker en beperkter qua scope
(want gericht op interne reflectie en dossieronderzoek) dan het bredere beeld dat
de commissie Hamer schetst.
De RvdK concludeert in haar reflectieonderzoek dat in alle onderzochte gezinnen
sprake was van ernstige, complexe problematiek en dat in geen enkel geval alleen
financiële problemen reden waren voor een uithuisplaatsing, maar stelt ook dat
financiële problematiek onvoldoende is uitgevraagd en meegenomen als
belangrijke factor in het begrijpen en erkennen van het ontstaan van complexe
problemen bij gezinnen.
Uit het dossieronderzoek van de Rechtspraak wordt duidelijk dat financiële
problematiek nooit de enige reden voor uithuisplaatsing was en dat andere
redenen meer op de voorgrond stonden van rechterlijke beslissingen. De
onderzoekscommissie van de Rechtspraak realiseert zich dat deze conclusie voor
getroffen ouders pijnlijk kan zijn, maar stelt dat op basis van de rechtbankdossiers
niet is vast te stellen hoe en in welke volgorde de complexe problematiek is
ontstaan. De Rechtspraak publiceerde in 2023 ook een reflectierapport van
familie- en jeugdrechters ‘Recht doen aan kinderen en ouders’1 waarin zij
concludeerden dat ouders en kinderen zich onvoldoende gehoord voelen in familie-
en jeugdrechtzaken, mede door de grote problemen in de jeugdzorg.
Jeugdrechters moeten “zich actiever en nieuwsgieriger opstellen met het oog op
voldoende rechtsbescherming voor deze ouders en kinderen”, aldus dat
reflectierapport.
Het reflectierapport van de GI’s laat zien dat jeugdbeschermers vaak niet of niet
goed op de hoogte zijn van de financiële problematiek die er speelt en de impact
van financiële problemen onvoldoende wordt meegewogen.
Weinig aandacht voor de financiële situatie, handelingsverlegenheid van
professionals en een beperkt instrumentarium binnen de huidige wet- en
1Rechtspraak, Recht doen aan kinderen en ouders; Reflectierapport over de positie van de
rechter in de jeugdbescherming, 2023, en De weging van schulden bij uithuisplaatsingen;
Dossieronderzoek naar de rol van problematische schulden in jeugdbeschermingszaken,
2025.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 3 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
regelgeving belemmeren een effectieve aanpak om de financiële problematiek als
mogelijke oorzaak weg te nemen.
Aanbevelingen commissie Hamer
De aanbevelingen van de commissie Hamer richten zich vooral op de door de
toeslagenaffaire getroffen kinderen die uithuisgeplaatst zijn. Kinderen die
inmiddels vaak al (jong)volwassen zijn. De kern van deze aanbevelingen is het
erkennen van het leed van deze kinderen en het bieden van een toekomstgerichte
aanpak om bij te dragen aan het herstel.
Daarnaast doet de commissie aanbevelingen voor het verbeteren van (het
systeem van) jeugdhulp en jeugdbescherming om toekomstige uithuisplaatsingen
zoveel mogelijk te voorkomen. Deze aanbevelingen richten zich op een meer
gezinsgerichte oorzaakanalyse en aanpak van de problemen, het verminderen van
het aantal hulpverleners waar gezinnen mee te maken krijgen, het verstevigen
van de positie van ouders en kinderen bij beslissingen in de
jeugdbeschermingsketen en het verbeteren van actuele kennis en vaardigheden
van de betrokken professionals. Daarbij gaat het onder andere over cultuur- en
traumasensitiviteit en om het bespreekbaar maken van onderwerpen als financiële
zorgen. Tot slot roept de commissie op om werk te maken van een cultuuromslag
bij het Rijk, de gemeenten en de ketenpartners, waarbij vertrouwen in burgers het
uitgangspunt moet worden.
Het kabinet is de commissie Hamer zeer erkentelijk voor de wijze waarop zij
indringend inzichtelijk heeft gemaakt wat de gevolgen zijn voor jongeren en hun
ouders die zijn geraakt door de toeslagenaffaire en met een uithuisplaatsing te
maken hebben (gehad). Ook dankt het kabinet de organisaties die hebben
gereflecteerd of onderzoek hebben gedaan naar hun rol bij de uithuisplaatsingen
van kinderen van gedupeerde ouders en daaruit lessen hebben getrokken.
Het kabinet wil recht doen aan de conclusies en aanbevelingen. Het Rijk heeft een
grote verantwoordelijkheid om samen met partners, getroffen kinderen de
ondersteuning te bieden die nodig is voor hun herstel en hun ontwikkeling én om
het in het toekomst beter te doen. Aan deze verantwoordelijkheid geeft het
kabinet invulling langs drie lijnen: 1) erkennen, 2) ondersteunen bij herstel en
toekomstperspectief en 3) leren en verbeteren. Langs deze lijnen worden de
voorgenomen maatregelen in het navolgende verder uiteengezet.
1. Erkennen
Voor kinderen die hebben geleden onder de toeslagenaffaire is in 2022 in
samenspraak met hen de kindregeling ontwikkeld. Alle getroffen kinderen krijgen
via de kindregeling erkenning voor het leed dat zij hebben ondervonden en een
steun in de rug om verder te gaan met hun leven. Deze erkenning en steun
bestaan uit een erkenningsbrief, een financiële tegemoetkoming, gemeentelijke
ondersteuning en een palet aan voorzieningen die speciaal voor hen beschikbaar
zijn, bijvoorbeeld op het gebied van financiële educatie en mentale hulp.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 4 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Over de kinderen die zijn getroffen door de toeslagenaffaire én door een
uithuisplaatsing stelt de commissie Hamer dat zij extra getroffen zijn: eerst door
de onterechte terugvorderingen van de Belastingdienst die tot ernstige problemen
in gezinnen hebben geleid, en vervolgens door een uithuisplaatsing nadat de
oorzaken van de problemen onvoldoende zijn herkend en aangepakt. De
commissie concludeert dat de uithuisplaatsingen bij een deel van deze gedupeerde
gezinnen waarschijnlijk niet zouden hebben plaatsgevonden als de effecten van de
toeslagenaffaire eerder waren gestabiliseerd. Het systeem van hulp door
wijkteams, jeugdhulp en jeugdbescherming heeft uithuisplaatsingen bij hen niet
kunnen voorkomen en dat heeft de negatieve impact voor deze kinderen verder
vergroot. Deze kinderen hebben door deze stapeling van overheidsingrijpen in hun
jonge leven extra leed ervaren. Dat heeft voor velen een grote impact op hun
leven gehad die vaak tot op de dag van vandaag voelbaar is.
Het kabinet ziet een collectieve verantwoordelijkheid van alle partners tezamen
voor het stelsel van jeugdbescherming en voor het falen ervan in verband met de
toeslagenaffaire waar het de uithuisgeplaatste jongeren betreft. Het kabinet geeft
gehoor aan de oproep van de commissie Hamer tot zelfstandige erkenning voor
deze groep en erkent expliciet dat deze jongeren extra leed hebben ondervonden
door toedoen van de overheid. De precieze vormgeving en invulling van deze
expliciete erkenning wil het kabinet met de betrokken partners en organisaties én
met jongeren zelf uitwerken in een zorgvuldig proces, zodat zij hierin gezien en
gehoord worden en de erkenning voor jongeren daadwerkelijk betekenis krijgt. Dit
proces moet ook de basis bieden voor het uitspreken van excuses aan de jongeren
die door de combinatie van de toeslagenaffaire en de uithuisplaatsingen zo zwaar
zijn getroffen, op het goede moment en op een goede manier.
2. Ondersteunen bij herstel en toekomstsperspectief
Bovengenoemde erkenning behelst ook dat het kabinet kinderen en jongeren die
te maken hebben gehad met de toeslagenaffaire en vervolgens met een
uithuisplaatsing, wil ondersteunen bij hun herstel en toekomstperspectief. Dit is in
lijn met het advies van de commissie Hamer om op een toekomstgerichte manier
bij te dragen aan het herstel. Het kabinet geeft hier op meerdere manieren
invulling aan, die hieronder kort worden benoemd en in het vervolg van deze brief
verder worden toegelicht.
Het kabinet voert diverse verbeteringen door in de kindregeling voor álle kinderen
en jongeren die door de toeslagenaffaire getroffen zijn: –
Brede ondersteuning versterken: betere regie en meer uniform
ondersteuningsaanbod. – –
Intensieve integrale aanpak voor gezinnen en jongeren die de regie zijn
kwijtgeraakt.
Aanvullende voorziening gericht op mentaal welzijn en (langdurig beschikbare)
nazorg.
Over bovenstaande onderwerpen wordt uw Kamer periodiek geïnformeerd via de
voortgangsrapportages Hersteloperatie Toeslagen. De eerstvolgende
voortgangsrapportage wordt op 4 juli a.s. aan uw Kamer aangeboden.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 5 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Specifiek voor de getroffen kinderen die ook te maken hebben gehad met een
uithuisplaatsing geldt het volgende: –
Het kabinet verkent samen met jongeren de mogelijkheden voor een
specifieke nieuwe regeling voor deze doelgroep, gericht op onderwijs en
ontwikkeling. – –
Het Ondersteuningsteam ondersteunt gedupeerde ouders, kinderen én
jongeren bij hun herstel. Of de uithuisplaatsing nu in gedwongen kader was of
vrijwillig. Deze ondersteuning is per direct beschikbaar en wordt extra onder
de aandacht gebracht binnen deze groep omdat we zien dat het van grote
toegevoegde waarde is.
Getroffen jongeren kunnen hun dossier inzien, in gesprek gaan met de GI
en/of de RvdK over de doorwerking van de toeslagenaffaire, en als zij dat
willen een toelichting met hun perspectief laten toevoegen aan het dossier.
Met de RvdK, de GI’s en het Ondersteuningsteam werken we hiervoor een
procedure uit.
Bij de uitwerking van alle maatregelen geldt dat jongeren nauw worden
betrokken. Allereerst natuurlijk bij het vormgeven van hun eigen herstel, maar
ook breder wordt met hen besproken of zij zelf een actieve rol kunnen hebben in
bijvoorbeeld het opzetten of onderhouden van lotgenotencontact, het voorlichten
van organisaties binnen de jeugdhulp en jeugdbescherming en het vormgeven van
nazorg. Ook in het proces waarin deze beleidsreactie tot stand is gekomen is met
jongeren gesproken die zijn getroffen door de toeslagenaffaire én een
uithuisplaatsing. In een participatiebijeenkomst op 12 juni jl. konden jongeren
reageren op de voorgestelde uitwerking van de aanbevelingen van de commissie
Hamer. Hun betrokkenheid en openheid waren van grote waarde. We zijn hen
dankbaar dat zij hun ervaringen en reacties met ons wilden delen.
2.1 Betere ondersteuning voor alle getroffen kinderen
Het kabinet onderkent dat er verbetering nodig is van de huidige kindregeling,
onder andere op enkele punten die door de commissie Hamer worden vermeld.
Het ministerie van Financiën heeft recent nader onderzoek laten uitvoeren naar de
specifieke behoeften van getroffen jongeren, mede op verzoek van de Tweede
Kamer.2 Dit onderzoek ‘Behoeften van jongeren in de kindregeling’ is als bijlage
bij deze brief gevoegd. Het onderzoek concludeert dat de kindregeling helpt, maar
dat er ook aandachts- en verbeterpunten zijn.
Op de punten van erkenning van geleden onrecht, leeftijdsspecifieke financiële
ondersteuning en toegang tot brede ondersteuning komt de kindregeling op dit
moment tegemoet aan de behoeften van jongeren. Maar in de uitvoering van de
kindregeling is nog winst te behalen. Jongeren geven aan dat erkenning niet
slechts een eenmalige verontschuldiging zou moeten zijn, maar een continu en
integraal proces waarin zij serieus genomen worden in hun eigen rechten en
ervaringen. Als het gaat om leeftijdsspecifieke financiële ondersteuning hechten
jongeren veel waarde aan maatwerk dat past bij hun levensfase.
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
2Tweede Kamer, vergaderjaar 2024–2025, 31 066, nr. 1485
Pagina 6 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
De kindregeling biedt gerichte ondersteuning die rekening houdt met de fase
waarin een jongere zich in zijn of haar leven bevindt. Wat betreft de toegang tot
brede ondersteuning biedt de kindregeling de gewenste brede aanpak, met ruimte
voor maatwerk, zoals hulp bij remigratie, psychische zorg of het hervatten van
onderwijs.
Volgens jongeren kent de kindregeling drie structurele tekortkomingen: 1) De
regeling lijkt te veel gericht op financiële compensatie, terwijl cruciale
toekomstvragen zoals studieschuld, huisvesting of mentale zorg, te weinig
structureel worden opgepakt; 2) De kwaliteit en beschikbaarheid van psychische
hulp is onvoldoende; 3) Passende publieksdienstverlening ontbreekt. Het
onderzoek schetst in dat licht drie aandachtspunten voor de toekomstige
ontwikkeling van de kindregeling: het verkleinen van de verschillen in de brede
ondersteuning tussen gemeentes, de ondersteuning bij het toewerken naar een
schuldenvrije herstart met een stabiele financiële basis, en het vinden van
evenwicht tussen een uniforme aanpak en maatwerk.
Onder andere op basis van het onderzoeksrapport zet het kabinet zich voor alle
getroffen kinderen in voor betere regie en een meer uniform
ondersteuningsaanbod, met oog voor maatwerk. Verder neemt het kabinet
aanvullende maatregelen voor alle getroffen jongeren die gericht zijn op zorg voor
mentaal welzijn op de korte en lange termijn. De maatregelen worden hieronder
toegelicht.
A. Verbeteren brede ondersteuning
Het kabinet heeft in april jl. het voornemen uitgesproken een ‘Bestuurlijk
Regisseur Integrale Ondersteuning’ aan te stellen.3 We verwachten dat deze
bestuurlijk regisseur op korte termijn aan de slag zal gaan. Hierbij zal het
bevorderen van een goede samenwerking tussen alle uitvoerende partijen op
rijks- en gemeentelijk niveau essentieel zijn. Dit sluit aan bij de uitkomsten van
het eerdergenoemde behoeftenonderzoek: ‘Met oog op de uitvoering is belangrijk
te begrijpen dat jongeren de overheid als één geheel zien, waardoor zowel de
papieren erkenning als de praktische uitvoering, gezamenlijk hun gevoel van
erkenning bepalen. Inconsistente uitvoering ondermijnt dit vertrouwen en kan
ertoe leiden dat de regeling als onbevredigend wordt ervaren.’
Om de gesignaleerde verschillen in de brede ondersteuning te verkleinen heeft de
VNG in samenwerking met gemeenten en gedupeerde ouders, modelbeleidsregels
voor de brede ondersteuning ontwikkeld en aan gemeenten aangereikt.6 De
beleidsregels geven invulling aan het door de commissie Van Dam aanbevolen
geharmoniseerde afwegingskader waarbinnen gemeenten ouders en kinderen
helpen. Het model helpt gemeenten om beleid op een eenduidige manier vorm te
geven, zodat ouders en kinderen in verschillende gemeenten zoveel mogelijk op
gelijke wijze worden behandeld, terwijl er ruimte blijft voor maatwerk.4 Het is aan
gemeenten zelf om de beleidsregels via het college van burgemeester en
wethouders vast te stellen, waarbij ook ruimte is opgenomen om de regels aan te
passen aan lokale omstandigheden.
3Tweede Kamer, vergaderjaar 2024–2025, 36 708, nr. 15
4https://vng.nl/nieuws/model-beleidsregels-brede-ondersteuning
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 7 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Via de brede ondersteuning worden jongeren die kampen met problematische
schulden geholpen met het aanvullend schuldhulpverleningsaanbod. Gemeenten
helpen deze jongeren bij het aflossen van hun schulden en bieden perspectief voor
de toekomst. Na een aanloopperiode heeft de staatssecretaris Herstel en
Toeslagen in samenwerking met gemeenten en de Uitvoeringsorganisatie Herstel
Toeslagen (UHT) actie ondernomen om het aanbod te verbeteren en uitgebreider
en proactief onder de aandacht te brengen: de aanmeldtermijn voor de regeling
wordt verlengd, er is een eenvoudig online aanmeldloket gemaakt op de website
van de Kindregeling en recent is er gegevensdeling tot stand gebracht tussen UHT
en de Belastingdienst om jongeren met problematische schulden te identificeren.
Op zeer korte termijn worden deze gegevens met gemeenten gedeeld, zodat zij
deze jongeren gericht en proactief kunnen benaderen voor brede ondersteuning
en – indien mogelijk – het aanvullend schuldhulpverleningsaanbod.
B. Integrale aanpak voor gezinnen en jongeren die de regie zijn kwijtgeraakt
In maart van dit jaar heeft het kabinet ook aangekondigd een intensieve integrale
aanpak te ontwikkelen voor circa 2.000 à 3.000 gezinnen en jongeren die de regie
zijn kwijtgeraakt.5 Deze aanpak, een van de aanbevelingen van de commissie Van
Dam6, is kleinschalig van start gegaan en wordt de komende periode uitgebouwd.
Ook jongeren die – bijvoorbeeld door een uithuisplaatsing – geen onderdeel meer
uitmaken van het gezin, maar wel de regie kwijt zijn geraakt, kunnen gericht voor
deze aanpak worden aangedragen door ketenpartners. In lijn met de aanbeveling
van de commissie Hamer op dit punt zal deze aanpak zo veel mogelijk gaan
werken per gezin of jongere met één casemanager die integrale ondersteuning
biedt.
C. Aanvullende voorziening voor mentaal welzijn en nazorg
De commissie Hamer benadrukt dat langdurige mentale ondersteuning een
essentieel onderdeel kan zijn van het herstel van kinderen en jongeren. Ook uit
andere gesprekken met jongeren en uit het behoeftenonderzoek weten we dat
veel jongeren het belangrijk vinden dat de mogelijkheid om gebruik te maken van
psychosociale zorg langdurig beschikbaar blijft.
Het kabinet ziet ook dat langdurige mentale ondersteuning essentieel is voor het
perspectief van kinderen en jongeren en geeft dan ook concreet invulling aan deze
aanbeveling door de ontwikkeling van een specifieke voorziening op het gebied
van mentale ondersteuning: een landelijk en laagdrempelig (contact)punt voor
ouders en jongeren voor steun bij (intergenerationeel) trauma- en stress
gerelateerde problematiek, toeleiding naar mentale zorg en specifieke coaching
voor ontwikkeling richting de toekomst. Deze voorziening zal naar verwachting
begin 2026 beschikbaar zijn. De Kamer wordt hierover via de
voortgangsrapportages over de hersteloperatie toeslagen geïnformeerd.
Naast de meerjarige voorziening voor mentaal welzijn wordt uitgewerkt hoe
jongeren ook op de langere termijn een vindplaats kan worden geboden voor
(lotgenoten)contact, ondersteuning en emotioneel herstel. Het kabinet gaat in
5Eerste Kamer, vergaderjaar 2024–2025, 36 708, A
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
6Spoedadviescommissie Van Dam (2025). Minder beloven meer doen.
Pagina 8 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
overleg met de Oudercommissie, ouders en jongeren, en andere relevante
partijen, onderzoeken of en hoe we vanuit de tijdelijke initiatieven één voorziening
kunnen oprichten die aansluit bij de behoeften en voortbouwt op de trajecten en
gesprekken die al zijn gestart.
2.2 Toekomstgerichte aanpak voor uithuisgeplaatste kinderen
Zoals genoemd ziet en erkent het kabinet dat de groep kinderen die te maken
hebben gehad met de toeslagenaffaire en vervolgens ook met een
uithuisplaatsing, extra leed heeft ondervonden als gevolg van stapeling van
overheidsingrijpen. Het kabinet is het met de commissie Hamer eens dat daar
specifieke ondersteuning voor deze groep bij hoort, in aanvulling op de
ondersteuning die er reeds via het Ondersteuningsteam voor hen is en de
eerdergenoemde voorzieningen die er voor alle getroffen kinderen zijn of komen.
In lijn met het advies van de commissie Hamer gaat het niet om schade- of
compensatieregelingen zoals die voor de ouders beschikbaar zijn, maar richt het
kabinet zich op de toekomst van jongeren, met een specifieke voorziening die
deze jongeren ontwikkelperspectief en begeleiding biedt. De commissie Hamer
adviseert om een nieuwe landelijke regeling te maken, het kabinet geeft hieraan
gehoor door dit in onderdelen uit te werken: rond mentaal welzijn, nazorg en
onderwijs/ontwikkeling.
Daarnaast hebben getroffen jongeren de mogelijkheid hun
jeugdbeschermingsdossier in te zien en daarover in gesprek te gaan met de RvdK
en/of de GI’s. Ouders en jongeren kunnen een toelichting bij het dossier maken
waarin de impact en doorwerking van de toeslagenaffaire kan worden benoemd en
hun perspectief kan worden opgenomen. Hieronder (onder B) wordt dit nader
toegelicht.
A. Ontwikkelperspectief
Het rapport van de commissie Hamer laat zien dat het toekomstperspectief van
uithuisgeplaatste kinderen is aangetast door een combinatie van factoren, zoals
het verlies aan sociale relaties, vroegtijdige schoolverlating en de geïsoleerde
positie waarin zij terecht zijn gekomen. Het rapport onderstreept daarom het
belang om uithuisgeplaatste kinderen tegemoet te komen in hun verminderde
toekomstperspectief en ontwikkelkansen die zij hebben gemist. Het kabinet wil
samen met deze jongeren onderzoeken of en hoe een regeling geïntroduceerd kan
worden die gericht is op een voorziening op het gebied van onderwijs en
ontwikkeling. De verkenning moet uitwijzen of en hoe het mogelijk is aanbod
vorm te geven dat aansluit bij de behoeften van deze jongeren, en op korte
termijn beschikbaar en uitvoerbaar is binnen de begroting van de hersteloperatie
toeslagen. Een eventuele begrotingsmutatie zal te zijner tijd via het reguliere
begrotingsproces aan de Kamer worden voorgelegd, zodat de Kamer hier als
onderdeel van de besluitvorming haar budgetrecht over kan uitoefenen.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 9 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Zoals hierboven toegelicht onderschrijft het kabinet het doel van het advies van
de commissie om jongeren zonder financiële belemmeringen ontwikkelperspectief
te bieden. Het kabinet focust daarbij op het faciliteren van
ontwikkelmogelijkheden, zoals het volgen of hervatten van een (afgebroken)
opleiding, en is daarbij niet voornemens om een aanvullende schuldenregeling te
treffen. Te veel focus op het generiek kwijtschelden van publieke schulden of
studieleningen gaat voorbij aan de diversiteit binnen de groep getroffen jongeren.
Het zou onrechtvaardig zijn ten opzichte van de grote variëteit aan situaties
waarin er mogelijk geen schulden maar wel opleidingswensen zijn, vanwege
gemiste ontwikkelkansen. Het kabinet wil dus maatwerk leveren op het gebied van
studie en ontwikkeling op een manier waarbij bestaande studieschulden geen
belemmering zijn voor toekomstige opleidingen.
Geen generieke kwijtschelding van (studie)schulden, maar wel doorbreken van
barrières in individuele situaties. Aanvullend kan in specifieke gevallen ook het
aanvullend schuldhulpverleningsaanbod voor problematische schulden en/of het
maatwerk via DUO worden ingezet.
Met het aanvullend schuldhulpverleningsaanbod helpen gemeenten getroffen
jongeren met het oplossen van hun problematische schulden, omdat deze
schulden het toekomstperspectief in de weg staan. Dit doen gemeenten door deze
schulden over te nemen middels een saneringskrediet, dat vervolgens door het
Rijk wordt betaald. Jongeren hoeven hierin dus geen financiële bijdrage te doen of
af te lossen, anders dan bij de reguliere schuldhulpverlening. Uit een
inventarisatie blijkt dat de gemiddelde schuldenlast die wordt opgelost per jongere
circa 18.000 euro betreft. In combinatie met de voorziening voor
ontwikkelperspectief acht het kabinet het huidige aanbod toereikend. Wel voert
het kabinet verschillende verbeteringen in dit aanbod door, zoals toegelicht in
paragraaf 2.1.
B. Ondersteuningsteam
De commissie Hamer benoemt expliciet de waarde van het Ondersteuningsteam
(OT) en beveelt aan dit voort te zetten. Die aanbeveling neemt het kabinet over.
Het OT is er om gedupeerde ouders én kinderen die te maken hebben gehad met
een uithuisplaatsing te ondersteunen in hun herstel. Deze hulp was en is direct
beschikbaar, ook voor jongeren. Dat geldt evenzeer als er geen sprake was van
een gedwongen uithuisplaatsing maar van een uithuisplaatsing in het vrijwillig pf
semi-vrijwillig kader. Ook als de kinderen inmiddels meerderjarig zijn, kan het OT
ondersteuning (blijven) bieden.
Van de bijna 1.000 door het OT gestarte ondersteuningstrajecten sinds 2022 gaat
het tot nu toe in ongeveer een kwart van de gevallen om kinderen. Samen met de
betrokken partijen brengen we het OT nog gerichter en beter onder de aandacht
bij kinderen en jongeren die met uithuisplaatsing te maken hebben (gehad).
Onder meer door de GI’s en de RvdK bij lopende uithuisplaatsingen deze jongeren
over het aanbod te laten informeren.
C. Inzage, toelichting en gesprek bij afgesloten dossiers
Kinderen en volwassenen die in het verleden te maken hebben gehad met
kinderbeschermingsmaatregelen hebben recht op informatie over deze
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 10 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
maatregelen, zoals vastgelegd in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de
Rechten van de Mens (EVRM).7 Het kunnen inzien van het eigen dossier kan van
grote betekenis zijn bij het begrijpen van wat er is gebeurd en kan zo een rol
spelen in de verwerking van het verleden.
Er bestaan reeds procedures bij GI’s en de RvdK om toegang te krijgen tot de
relevante dossiers. Daarbij hebben ouders en kinderen ook de mogelijkheid om
een toelichting toe te voegen aan het dossier. Hierin kan de mening of reactie van
ouders of kinderen worden vastgelegd zonder dat de inhoud van het dossier
verandert. Het is belangrijk dat ouders en kinderen weten hoe een dossier kan
worden opgevraagd en ingezien.
In het bijzonder voor kinderen die zijn getroffen door de toeslagenaffaire en met
uithuisplaatsing te maken hebben gehad, is een zorgvuldig en laagdrempelig
proces waarin een toelichting aan het dossier kan worden toegevoegd belangrijk.
In deze toelichting kan het perspectief van ouders of kinderen worden benoemd
ook waar het de doorwerking van de toeslagenaffaire betreft. Met de GI’s, de
RvdK en het Ondersteuningsteam werken we een procedure rond inzage van
dossiers uit waarin jongeren en/of ouders als zij dat willen met deze organisaties
in gesprek gaan over de doorwerking van de toeslagenaffaire en indien gewenst
een toelichting kunnen toevoegen aan het dossier. Bij de verdere uitwerking
hiervan betrekken we ook jongeren zelf.
D. Herbeoordeling in lopende dossiers
Tijdens het tweeminutendebat Hersteloperatie kinderopvangtoeslag op donderdag
10 april 2025 is door het lid Dijk een motie (31 066, nr. 1477) ingediend die het
kabinet onder meer verzoekt ‘om gedupeerde ouders de mogelijkheid te geven om
een multidisciplinaire analyse van hun dossier te laten maken die kan leiden tot
een herbeoordeling en hereniging van hun gezin’. Deze motie vraagt ook om
nader wetenschappelijk onderzoek, daar komen we later in deze brief op terug.
Bij lopende uithuisplaatsingen vindt jaarlijks (of vaker, afhankelijk van de duur
van de afgegeven machtiging) een beoordeling plaats als een verlenging van de
machtiging uithuisplaatsing aan de orde is. Daarnaast hebben alle ouders het
recht een herzieningsverzoek in te dienen bij de GI of de rechter. Het OT
informeert gedupeerde ouders die door hen ondersteund worden over deze
mogelijkheid en kan daarbij ondersteunen als ouders dat willen.8
Gedupeerde ouders kunnen ook een Verklarende analyse laten maken met hulp
van een externe deskundige om met alle betrokken partijen op een
gestructureerde manier inzichtelijk te maken hoe problemen in het gezin zijn
ontstaan en/of voortduren én welke factoren en omstandigheden verbetering
mogelijk maken. Ouders kunnen dit ook benutten bij de rechter als bijvoorbeeld
7Zie o.a. EHRM 13 juli 1989, Gaskin t. het Verenigd Koninkrijk, nr. 10454/83, waarin het Hof
oordeelde dat het recht op toegang tot persoonlijke gegevens in overheidsdossiers valt
onder artikel 8 EVRM. Zie ook EHRM 28 oktober 1998, Guerra e.a. t. Italië, nr. 14967/89,
waaruit volgt dat de overheid in bepaalde omstandigheden de positieve verplichting heeft om
informatie te verstrekken die essentieel is voor het privéleven van betrokkene.
8Zie de brief van de toenmalige minister voor Rechtsbescherming van 3 juni 2022 over
herziening bij lopende uithuisplaatsingen en wat daarin ten aanzien van gedupeerde ouders
de extra inspanningen zijn (Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 31066, nr. 1027)
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 11 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
over verlenging van ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing wordt besloten.
Verklarende analyses zijn geen formeel onderzoek of ‘second opinion’, maar de
verworven inzichten uit de verklarende analyse dragen bij aan het gezamenlijk
formuleren en in gang zetten van concrete vervolgstappen.9
De wettelijke mogelijkheid tot ‘contra-expertise’ (veelal een onafhankelijke
beoordeling door een externe deskundige), dat bij een herzieningsverzoek of
verlenging machtiging uithuisplaatsing kan worden ingebracht, kan op dit moment
niet of nauwelijks worden gebruikt. Dit is het gevolg van onder meer het gebrek
aan capaciteit en de lange wachttijden en doorlooptijden van dit
deskundigenonderzoek. Naar aanleiding van de gesignaleerde knelpunten is door
het ministerie van Justitie en Veiligheid in 2024 opdracht gegeven om de
knelpunten in kaart te brengen en op zoek te gaan naar verbeteringen rond het
deskundigenonderzoek in kinderbeschermingsprocedures. De verkenning is recent
(juni 2025) opgeleverd en bevat verbeteringen die ertoe moeten leiden dat het
deskundigenonderzoek eerder en sneller in het proces beschikbaar is, analyserend
en verklarend van aard is en zo inhoudelijk betekenisvoller kan zijn voor kinderen
en gezinnen. Een uitwerking hiervan volgt naar verwachting einde van dit jaar.
Ook van het belang in dit kader is het zogenaamde ‘initiatief Van Raan-Peters’, dat
tot doel heeft om gedupeerde ouders die met uithuisplaatsing te maken hebben,
de mogelijkheid te bieden om kosteloos door een onafhankelijke
gedragsdeskundige een contra-expertise te laten uitvoeren. De toenmalige
minister voor Rechtsbescherming heeft uw Kamer daarover eerder
geïnformeerd.10 We verwijzen naar de recente beantwoording door de
Staatssecretaris Rechtsbescherming van Kamervragen van het lid Koops hierover:
na afronding van de eerste twee pilotzaken zal een evaluatie van dit initiatief
worden gedaan. Over de uitkomsten daarvan wordt de Kamer eind 2025
geïnformeerd.
E. Rechtsbijstand
Een van de aanbevelingen van Commissie Hamer is uithuisgeplaatste jongeren
toegang te geven tot kosteloze rechtsbijstand. De staatssecretaris
Rechtsbescherming gaat hierover graag op korte termijn met de jongeren verder
in gesprek om scherper te krijgen welke onderliggende behoeftes hier spelen,
waar belemmeringen optreden in het bestaande aanbod van gesubsidieerde
rechtsbijstand dat ook voor hen beschikbaar is (bijvoorbeeld rond de eigen
bijdrage voor gesubsidieerde rechtsbijstand) en om te onderzoeken of bestaande
regelingen voor alternatieve geschilbeslechting voldoen.
3. Leren en verbeteren
Erkenning van leed en het leren van gemaakte fouten zijn cruciaal voor de
toekomst. In de eerste plaats om recht te doen aan kinderen en gezinnen die
hebben geleden onder de toeslagenaffaire en de uithuisplaatsingen. In de tweede
plaats om te voorkomen dat ouders en kinderen dit leed in de toekomst opnieuw
9Zie tweede voortgangsbrief UHP KOT (Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 31839, nr.
909)
10 Tweede Kamer, Vergaderjaar 2022-2023, 31839, nr. 948.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 12 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
ervaren. Om het functioneren van het stelsel van jeugdbescherming te
verbeteren, werkt het kabinet onder meer via het Toekomstscenario kind- en
gezinsbescherming toe naar meer integrale ondersteuning van gezinnen en
huishoudens, met een centrale rol voor stevige lokale teams met oog voor
veiligheid en een kwalitatief sterk Regionaal Veiligheidsteam. Het kabinet wil
minder kinderbeschermingsmaatregelen, en in het bijzonder minder
uithuisplaatsingen. En als er toch ingegrepen moet worden, moet dat met betere
hulp voor het gezin en minder versnipperd.11 Bij de inzet van een
jeugdbeschermingsmaatregel moet altijd gewerkt worden aan de onderliggende
problematiek, waarbij ook oog moet zijn voor schuldenproblematiek. Die les uit de
toeslagenaffaire willen we breed met elkaar delen en vraagt iets van alle
betrokken partijen.
Een andere les die het kabinet trekt uit het rapport van de commissie Hamer,
maar ook uit eerdere rapporten over het stelsel van jeugdbescherming is dat de
rechtsbescherming voor ouders en kinderen in de jeugdbescherming echt beter
moet. Daartoe dient het wetsvoorstel ‘Wet ter Versterking van de
rechtsbescherming in de jeugdbescherming’.
Bovenstaande wordt hieronder verder uitgewerkt via de volgende thema’s: – – – – – –
Opvolging rapporten RvdK, Rechtspraak en GI’s
Integrale ondersteuning van gezinnen
Verbeteren rechtsbescherming in de jeugdbescherming
Zorgen voor cultuuromslag en zorgvuldige analyses
Aanvullend wetenschappelijk onderzoek
Benutten van expertise rond erkenning en herstel
3.1 Opvolging rapporten RvdK, Rechtspraak en GI’s
De reflectierapporten van de RvdK en de GI’s en het dossieronderzoek (en het
eerdergenoemde reflectierapport uit 2023) van de Rechtspraak geven inzicht in
wat deze organisaties hebben geleerd over het leed van de gedupeerde ouders en
de getroffen jongeren die te maken hebben gehad met een uithuisplaatsing, en
over hun eigen rol hierin. De lessen zijn vertaald in verschillende aanbevelingen
die opgevolgd worden of al zijn opgepakt. Hieronder wordt dit per organisatie kort
toegelicht.
A. Reflectierapport en dossieronderzoek Rechtspraak
De Rechtspraak volgt de aanbevelingen op uit het reflectierapport ‘Recht doen aan
kinderen en ouders’ uit 2023 en het recente dossieronderzoek. Enkele concrete
stappen zijn: – – –
Afschaffing meldbriefprocedure (per juli 2024): zittingen worden nu
standaard gepland.
Extra tijd per zaak: middelen zijn beschikbaar voor langere zittingen en
reflectietijd.
Horen van kinderen vanaf 8 jaar in plaats van 12 jaar: per 1 juli 2025 is
dit een landelijke norm.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
11 Tweede Kamer, vergaderjaar 2024-2025, 31839, nr. 1087.
Pagina 13 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen – –
Motivering van uitspraken: spoed- en verlengingsuitspraken worden nu
schriftelijk gemotiveerd.
Verbetering vindbaarheid van dossiers, waarbij digitalisering behulpzaam
zal zijn.
B. Reflectierapport Raad voor de Kinderbescherming
De RvdK heeft een deel van de aanbevelingen voortkomend uit het onderzoek van
de commissie Hamer en diverse reflectietrajecten overgenomen en verwerkt in
een plan van aanpak dat nu wordt uitgevoerd: – – – – –
Ondersteuning bij zaken waarin dupering door de toeslagenaffaire aan de
orde is, wordt sinds 2025 landelijk georganiseerd.
Vanaf zomer 2025 wordt in beschermingsonderzoeken expliciet aandacht
besteed aan signalen van armoede en financiële stress bij ouders en
kinderen.
Organisatiebreed wordt geïnvesteerd in het vergroten van kennis- en
gespreksvaardigheden via webinars, trainingen, kennisdeling en intervisie.
Er wordt op alle locaties bijscholing gegeven aan medewerkers, waarbij
het gaat over de impact van geldzorgen bij gezinnen en het signaleren,
bespreken en ondersteunen hiervan.
De RvdK zet zich in om samen met ketenpartners afspraken te maken
over de instrumenten die in de hele keten gebruikt kunnen worden om
financiële problematiek te signaleren en bespreekbaar te maken.
C. Reflectierapport Gecertificeerde Instellingen
De GI’s monitoren maandelijks de acties die voortkomen uit hun reflectierapport
‘Jeugdbescherming: als er sprake is van financiële problematiek bij ouders’12.
Sinds januari 2025 is een werkgroep actief die werkt aan de opvolging van de
aanbevelingen uit de eigen reflectie en andere recente rapporten. – – – –
Er is breed commitment over de visie op financiële problematiek binnen
jeugdbescherming die naar aanleiding van het reflectietraject is
geformuleerd.
De visie is: ‘We hebben als GI een verantwoordelijkheid in onze relatie
met gezinnen om aandacht te hebben voor financiële problematiek. Dit
betekent dat het doorvragen op financiële problematiek en het
organiseren van of verwijzen naar de juiste hulp in het takenpakket van
de jeugdbeschermer hoort.’
Deze visie wordt breed verspreid binnen de organisatie. Verdere
uitwerking volgt van voorstellen rond bewustwording, kennisdeling en
praktische toepassing.
In overleg met ketenpartners worden samenwerking en afspraken rond
financiële problematiek – in het verlengde van de geformuleerde visie –
verder geconcretiseerd.
12 Jeugdzorg Nederland, Jeugdbescherming; als er sprake is van financiële problematiek bij
ouders, december 2024.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 14 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
3.2 Integrale ondersteuning van gezinnen
Het rapport van de commissie Hamer laat zien dat complexe problematiek
integraal moet worden aangepakt. Het kabinet onderschrijft deze analyse.
Jeugdzorg alléén kan geen antwoord bieden voor grote zorgen die kunnen spelen
bij ouders, zoals schulden of psychische problemen. De oplossing ligt in een
samenhangende aanpak, waar de problemen in gezinnen vanuit verschillende
domeinen integraal worden aangepakt. Het is daarbij ook noodzakelijk om meer
naar de oorzaken van problemen in gezinnen te kijken en niet alleen in te grijpen
op de gevolgen. En ervoor te waken dat er alleen over gezinnen met problemen
wordt gesproken in plaats van met hen samen te werken aan duurzame
oplossingen.
Het Rijk ontwikkelt daarom, samen met de VNG, een brede agenda sociaal domein
waarin de domeinoverstijgende gezinsaanpak centraal staat. Hierin hebben
onderwijs, bestaanszekerheid, hulp en ondersteuning een centrale rol. Eind 2025
zijn de contouren van deze agenda gereed. De departementen VWS en JenV
werken daarnaast met de ministeries van BZK, OCW en SZW aan een
interdepartementale aanpak om gezinnen in een kwetsbare positie meer
preventief en integraal en daarmee beter te ondersteunen. De staatssecretaris
Participatie en Integratie (SZW) heeft u – mede namens de staatssecretaris
Rechtsbescherming – over deze aanpak geïnformeerd in de brief van 6 juni 2025
over het programma Armoede en Schulden.13
De jeugdsector moet zelf ook meer gezinsgericht gaan werken, zoals de
commissie Hamer adviseert. In de Hervormingsagenda Jeugd zijn reeds afspraken
gemaakt die ertoe moeten leiden dat hulpvragen steeds meer worden bekeken
vanuit de context van de jeugdige. Dit is nader uitgewerkt in de eerdergenoemde
voortgangsbrief Jeugd van 13 juni.
3.3 Verbetering rechtsbescherming in de jeugdbescherming
De commissie Hamer wijst op een ondermaatse rechtsbescherming in de
jeugdbescherming voor kinderen en ouders, en sluit daarmee aan op eerdere
rapporten, zoals de Eindevaluatie Wet herziening kinderbeschermingsmaatregelen,
het advies van de Commissie Van Dooijeweert en het rapport Terugplaatsen na
gedwongen uithuisplaatsing.14 Om de rechtsbescherming van ouders en kinderen
te verbeteren wordt momenteel gewerkt aan het wetsvoorstel ‘Wet ter Versterking
van de rechtsbescherming in de jeugdbescherming’. Over de voortgang van dit
wetstraject heeft de Staatssecretaris Rechtsbescherming u geïnformeerd in de
voortgangsbrief jeugdbescherming van 17 juni jl. Het wetsvoorstel versterkt de
rechtsbescherming van kwetsbare gezinnen die te maken krijgen met een
kinderbeschermingsmaatregel, zodat zij beter worden gehoord, betrokken en
ondersteund.
13 Tweede Kamer, vergaderjaar 2024/2025, 24 515, nr. 799
14 M.R. Bruning e.a., Eindevaluatie Wet herziening kinderbeschermingsmaatregelen, Nieuwe
rechtsgronden in een haperend jeugdbeschermingsstelsel, Den Haag: WODC 2022,
Adviescommissie rechtsbescherming en rechtsstatelijkheid in het Toekomstscenario kind- en
gezinsbescherming, Kinderen en ouders met recht goed beschermd, Den Haag 2024 en M.R.
Bruning e.a., Terugplaatsing na gedwongen uithuisplaatsing, Den Haag: WODC 2025.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 15 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Een van de doelen van dit wetsvoorstel is om terugplaatsing na uithuisplaatsing te
bevorderen. In het wetsvoorstel wordt het uitgangspunt van ‘werken aan
thuisplaatsing’ wettelijk vastgelegd. Bij het werken aan thuisplaatsing is omgang
cruciaal. Mede daarom krijgt omgang in het wetsvoorstel een veel prominentere
plek bij uithuisplaatsing dan nu het geval is. Verder wordt de beslissing over het
opvoedperspectief van de minderjarige expliciet bij de kinderrechter neergelegd
(en dus niet alleen bij de GI gelaten). Vanaf het eerste verzoek tot een machtiging
uithuisplaatsing moet expliciet worden gemaakt wat het opvoedperspectief van
een minderjarige is, waarbij het uitgangspunt is dat wordt gewerkt aan
thuisplaatsing. Bij elke verlenging wordt het opvoedperspectief opnieuw expliciet
gemaakt. Hierdoor kan de kinderrechter sneller bijsturen als naar de visie van de
GI het opvoedperspectief elders dan thuis ligt, maar bijvoorbeeld blijkt dat de
mogelijkheden voor thuisplaatsing nog onvoldoende zijn onderzocht.
Ouders krijgen in het wetsvoorstel daarnaast een laagdrempelige ingang bij de
kinderrechter om na gezagsbeëindiging een verzoek tot (wijziging van) omgang in
te dienen. Daarnaast krijgen ouders kosteloze rechtsbijstand in procedures
uithuisplaatsing en gezagsbeëindiging. Verder wordt momenteel onderzocht hoe
kinderen standaard kunnen worden ondersteund bij procedures binnen de
jeugdbescherming.15 Bij dit onderzoek worden nadrukkelijk ook kinderen en
ervaringsdeskundigen betrokken. De resultaten hiervan worden na de zomer
verwacht.
3.4 Zorgen voor cultuuromslag en zorgvuldige analyses
De commissie Hamer wijst op een benodigde cultuuromslag binnen Rijk,
gemeenten en ketenpartners, waarbij vertrouwen in kinderen en hun ouders
centraal staat. Er moet meer oog zijn voor de kracht van kinderen en ouders in
plaats van hun tekorten, en professionals moeten de ruimte krijgen om een
zorgvuldige analyse van de gezinssituatie te (laten) maken voordat beslissingen
worden genomen. Het kabinet onderschrijft deze aanbevelingen van de commissie
die aansluiten bij andere recente rapporten over het functioneren van het stelsel
van jeugdzorg en jeugdbescherming en realiseert zich ook dat dit een proces van
lange adem is.
De commissie Hamer geeft aan dat gedupeerde jongeren en ouders van harte
bereid zijn om met betrokken instanties en professionals in hun regio in gesprek
te gaan over hoe de hulpverlening aan gezinnen en jeugdbescherming anders en
beter kan. Het kabinet neemt dit aanbod graag aan. De komende periode werken
we uit hoe zij input kunnen geven aan de professionals over de benodigde
cultuurverandering. Hierin betrekken we ook de lessen van het
Ondersteuningsteam.
A. Handelingskader en verbeteren feitenonderzoek
In het kader van het Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming wordt een
uniform richtinggevend handelingskader ontwikkeld voor professionals. Een
andere grondhouding staat hierin centraal: integraal systeem- en mensgericht
werken wordt het uitgangspunt. Onderdeel van dit kader wordt onder meer een
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
15 Kamerstukken II 2024/25, 31 839, nr. 1035
Pagina 16 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
module voor verklarende analyses, zodat deze meer wijdverbreid en meer uniform
kunnen worden ingezet. Ook worden richtsnoeren geboden voor de kwaliteit van
onderzoek voordat hierop een advies aan de rechter kan worden gebaseerd.
Daarnaast wordt in het ‘Vervolgtraject verbeteren feitenonderzoek’ door Veilig
Thuis, GI’s en de RvdK gewerkt aan verbeteringen in de kwaliteit van de
besluitvorming. Ik verwijs u naar de recente jeugdbeschermingsbrief van 17 juni
waarin dit verder is toegelicht.
B. Lessen Ondersteuningsteam
De afgelopen jaren heeft het OT intensief samengewerkt met ouders en jongeren
in de jeugdbeschermingsketen. Op basis van die praktijkervaring heeft het OT
lessen geformuleerd die onder andere gaan over de gewenste basishouding binnen
de jeugdbescherming, over mensgericht en traumasensitief werken en het
betrekken van verschillende levensdomeinen. Het OT draagt die visie en lessen op
verschillende manieren actief uit, onder meer via trainingen voor professionals en
studenten en via werksessies voor professionals, beleidsmedewerkers, managers
en bestuurders, zodat huidige en toekomstige professionals in de jeugdzorg en
jeugdbescherming hiervan leren en hierdoor geïnspireerd worden en ouders en
kinderen binnen de jeugdbescherming beter geholpen worden.16
3.5 Aanvullend wetenschappelijk onderzoek
De eerdergenoemde motie Dijk c.s. verzoekt het kabinet naast ‘herbeoordeling’
ook om aanvullend wetenschappelijk onderzoek te laten doen naar de
totstandkoming van de uithuisplaatsingen in het toeslagenschandaal en de lessen
die hieruit getrokken kunnen worden. Zoals toegezegd in de appreciatie van de
motie door de staatssecretaris Rechtsbescherming, is gesproken met relevante
partijen, waaronder de onderzoeksgroep van de Rijksuniversiteit Groningen
(RUG), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Wetenschappelijk
Onderzoek- en Datacentrum (WODC).17
Op het punt van herbeoordeling van dossiers van door de toeslagenaffaire
gedupeerde ouders is hiervoor (zie paragraaf 2.2 onder D) al ingegaan. Het is
belangrijk om onafhankelijke herbeoordeling van dossiers vanuit
gedragsdeskundige expertise niet te verwarren of te vermengen met onafhankelijk
wetenschappelijk onderzoek. Zowel herbeoordeling als wetenschappelijk
onderzoek zijn belangrijk en noodzakelijk, maar ze zijn in methode en doelstelling
wezenlijk verschillend.
Het onderzoek van de commissie Hamer heeft duidelijke conclusies getrokken over
de relatie tussen de toeslagenaffaire en de uithuisplaatsingen: de terugvordering
door de Belastingdienst heeft een grote rol gespeeld bij de problemen van de
gezinnen en daarmee ook bij de uithuisplaatsingen van de kinderen. Veel van de
uithuisplaatsingen hadden niet hoeven plaatsvinden als eerder was gesignaleerd
wat er speelde aan een opeenhoping van problemen.
16 Zie voor een overzicht van het aanbod: https://hetondersteuningsteam.nl/trainingen/
17 Tweede Kamer, vergaderjaar 2024-2025, 36708, nr. 11.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 17 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
Het kabinet omarmt deze conclusies en daarmee is de onderzoeksvraag uit het
onderzoeksvoorstel van de RUG uit 202218 minder relevant geworden. De vraag of
er een causaal verband is geweest tussen de schulden als gevolg van de
terugvordering van toeslagen en de kinderbeschermingsmaatregelen staat niet
meer ter discussie; het kabinet erkent in lijn met de bevindingen van de
commissie Hamer dat de schulden in de meeste gevallen een omstandigheid zijn
geweest die in negatieve zin heeft bijgedragen aan het ingrijpen door de overheid
door middel van een kinderbeschermingsmaatregel.
De conclusies en aanbevelingen uit het onderzoek van de commissie en de
reflecties van de organisaties – en ook de bevindingen uit het eerdergenoemde
rapport over terugplaatsing bij uithuisplaatsing – maken duidelijk dat nader
wetenschappelijk onderzoek nodig is dat ziet op de inhoudelijke grondslagen en
voorwaarden voor overheidsingrijpen in gezinnen en huishoudens. Het onderzoek
van de commissie Hamer laat zien dat jeugdbeschermingsmaatregelen zijn
ingezet, terwijl gezinsgerichte maatregelen op het wegnemen van schulden of
inzet van hulpverlening verdere verergering van problemen en – in het verlengde
daarvan – uithuisplaatsingen had kunnen voorkomen. Dit gegeven noodzaakt tot
herbezinning op de vraag welke waarden overheidsinterventies in een gezin
rechtvaardigen en wat de legitimiteit is van de overheid om burgers te dwingen
tot een vorm van bescherming.
Ook nader onderzoek is nodig naar de effecten van uithuisplaatsingen en
terugplaatsingen op ouders en kinderen en welke hulp aan ouders bevorderlijk is
in het tot stand brengen van een duurzame terugplaatsing.
De staatssecretaris Rechtsbescherming heeft het WODC gevraagd bovenstaande
te (laten) onderzoeken en zal de Kamer via de eerstvolgende voortgangsbrief
Jeugdbescherming informeren over de concrete onderzoeksvragen en de planning
van deze onderzoeken.
3.6 Benutten van expertise rond erkenning en herstel
Onder regie van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is
een programma Erkenning en Herstel ingericht om het lerend vermogen van de
overheid te verbeteren. Dit Rijksbrede programma richt zich op het delen van
ervaringen en het verbeteren van wetgeving, beleid en de cultuur binnen de
overheid, onder meer via een kennisnetwerk. In de kabinetsreactie van de
minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op het rapport van de
Nationale Ombudsman ‘Herstel bieden; een vak apart’19 is toegelicht dat de
overheid hiermee lessen uit hersteltrajecten wil ophalen en structureel en breed
toegankelijk maken en daarmee het lerend vermogen van de overheid
vergroten.20 De geleerde lessen die onder andere via dit kennisnetwerk zijn
18 https://www.rug.nl/rechten/actueel/220523-rug-onderzoek-verband-toeslagenaffaire-en
uithuisplaatsingen-def.pdf
19 Nationale Ombudsman, Herstel bieden: een vak apart. Een vergelijkend onderzoek naar
tien hersteltrajecten, 24 oktober 2023
20 Tweede Kamer, vergaderjaar 2024-2025, 33 047, nr. 28. Zie ook: het ‘Afwegingskader
onverplicht overheidshandelen bij klemmende situaties’ van de Raad van State dat is
gepubliceerd op 26 mei 2025.
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 18 van 19
Directoraat-Generaal
Straffen en Beschermen
gedeeld heeft het kabinet meegenomen in deze beleidsreactie en zullen ook
worden benut in de verdere uitwerking en uitvoering van de verschillende
maatregelen.
Afsluiting
Het rapport van de commissie Hamer geeft een schrijnend en eerlijk beeld van de
vaak blijvende schade die door de toeslagenaffaire en de uithuisplaatsingen is
aangericht. Deze jongeren dragen de negatieve impact nog elke dag met zich
mee. Tegen hen zeggen we: wij zien en horen jullie en we erkennen dat er door
toedoen van de overheid veel leed is aangericht in jullie leven.
Samen met de jongeren en de betrokken organisaties gaan we aan de slag om de
maatregelen en acties in deze brief verder uit te werken in concrete acties en
stappen. Wij zullen de Kamer voor het einde van 2025 informeren over de
voortgang via de reguliere voortgangsbrieven over de hersteloperatie toeslagen en
jeugd(bescherming).
De Staatssecretaris Rechtsbescherming,
Teun Struycken
De Staatssecretaris Herstel en Toeslagen,
Sandra Palmen-Schlangen
De Staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport,
Judith Zs.C.M. Tielen
Directie Jeugd, Familie en
aanpak Criminaliteits
fenomenen
Datum
30 juni 2025
Onze referentie
6486928
Pagina 19 van 19