
Van Dam groeide op in een protestants-christelijk (gereformeerd) gezin in de Alblasserwaard en later Apeldoorn en verhuisde in 1985 naar Den Haag waar hij functies als inspecteur en hoofdinspecteur vervulde binnen de opsporing. In 1997 maakte Van Dam de overstap naar het Openbaar Ministerie (OM) waar hij officier van justitie werd.
Zijn oom Gerrit van Dam (oud-Tweede Kamerlid tussen 1971-1986) spoorde hem aan zich verkiesbaar te stellen. Namens het Christen-Democratisch Appèl (CDA) was hij van 23 maart 2017 tot 31 maart 2021 lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Daarvoor was hij twaalf jaar werkzaam bij Politie Haaglanden en is hij negentien jaar officier van justitie en plaatsvervangend hoofdofficier geweest bij het OM in Amsterdam en Den Haag. Van Dam is opgeleid tot meester in de rechten.
Naast zijn werk is Van Dam maatschappelijk betrokken geweest, bijvoorbeeld in het bestuur van zijn kerk, als voorzitter van een van de grootste wijkverenigingen in Den Haag en als voorzitter van een Exodushuis. Sinds 2021 is hij voorzitter van STEK (Stad en Kerk), de diaconale organisatie van de Protestantse Kerk Den Haag.
In september 2022 werd bekendgemaakt dat Van Dam op 1 oktober 2022 rechter in opleiding werd in de strafsector van de Rechtbank Rotterdam. Hij heeft zijn partijlidmaatschap van het CDA opgezegd.[1]